Een
rasstandaard is een goedgekeurde en geregistreerde beschrijving
van een bepaald ras. Dit is de Nederlands versie van de rasstandaard
van de Havanezer volgens het F.C.I. :
Datum
van in werking treden: 21-02-2006 (herzien door R. Triquet).
Herzien: 12.01.2009.
Oorsprong:
Westelijk Middellandse Zeegebied
Ontwikkeling:
Cuba
Patronaat:
F.C.I.
Gebruik:
Gezelschapshond
Klasse
F.C.I. :
GROEP 9 - GEZELSCHAPSHONDEN
Afdeling 1 - Bichons en aanverwanten
Zonder werkproef
Kort
historisch overzicht:
Dit ras is afkomstig uit het Westelijk Middellands
Zeegebied en heeft zich ontwikkeld in de Spaanse en Italiaanse
kuststreken. Blijkbaar werden deze honden in vroegere tijden
meegebracht naar Cuba door Italiaanse kapiteins op de grote
vaart. Bij vergissing heeft de voornaamste kleur Havana
(tabakskleur, bruin-rood) van deze honden, het verhaal doen
ontstaan dat het hier gaat om een ras uit Havana, de hoofdstad
van Cuba. Politieke omstandigheden in Cuba hebben geleid tot een
totale verdwijning van de oude Havanezer bloedlijnen; blijkbaar
konden echter enkele honden Cuba uit gesmokkeld worden; hun
nakomelingen overleefden in de USA.
Algemeen
uiterlijk:
De Havanezer is een kleine stevige hond, laag op de
poten, met een lange overvloedige, zachte en bij voorkeur
golvende vacht.
Het gangwerk is levendig en veerkrachtig.
Belangrijke
verhoudingen:
De lengte van de snuit (van de neuspunt tot aan de
stop) is gelijk aan de afstand tussen stop en
achterhoofdsknobbel (occiput).
De verhouding tussen de lichaamslengte (gemeten van de
schouderpunt tot aan de bilpunt) tot de schofthoogte is 4:3.
Gedrag
en karakter:
Buitengewoon intelligent, makkelijk op te leiden tot
waakhond. Aanhankelijk, van nature vrolijk, beminnelijk,
attractief, charmant, speels en zelfs een beetje een clown.
Houdt van kinderen en kan eindeloos met ze spelen.
Hoofd:
Van middelmatige lengte. De verhouding tussen de
lengte van het hoofd en de lichaamslengte (gemeten van schoft
tot staartaanzet) is 3:7.
Schedel:
Vlak tot heel weinig gewelfd, breed, voorhoofd weinig verheven.
Van bovenaf gezien afgerond aan de achterkant en bijna recht en
vierkant aan de drie andere zijden.
Stop:
Matig aangeduid
Gelaat:
Neus:
Zwart of bruin
Snuit:
Geleidelijk licht smaller wordend in de richting van de neus,
maar noch spits noch stomp.
Lippen:
Fijn, droog en strak.
Kaken:
Schaargebit. Men streeft naar een compleet gebit. Afwezigheid
van de premolaren (PM1) en de molaren (M3) is toegestaan.
Wangen:
Zeer vlak, niet uitstekend.
Ogen:
Tamelijk groot, amandelvormig, kleur bruin zo donker mogelijk.
Vriendelijke uitdrukking (expressie). De oogranden moeten
donkerbruin tot zwart zijn.
Oren:
Tamelijk hoog aangezet, langs de wangen vallend, een lichte
plooi vormend die iets verheven is, eindigend in een licht ronde
punt. Bedekt met lange haren, noch afstaand als molenwieken,
noch tegen de wangen hangend.
Hals:
Middelmatige
lengte
Lichaam:
De
lichaamslengte is iets groter dan de schofthoogte.
Rugbelijning: recht, licht gewelfd bij de lendenen
Kruis:
goed afhellend
Ribben:
goed gewelfd
Buik: goed
opgetrokken
Staart:
Hoog gedragen, hetzij in de vorm van een
bisschopsstaf, hetzij -bij voorkeur- gekruld over de rug; is
bedekt met een franje van lange zijde-achtige haren.
Ledematen:
Voorhand:
recht en evenwijdig, droog, goed beendergestel. De afstand tussen de grond
en de elleboog moet niet groter zijn dan de afstand tussen
elleboog en schoft.
Achterhand:
goed beendergestel, matige hoekingen.
Voeten:
een beetje langwerpig van vorm, klein, compact.
Gangwerk:
de Havanezer heeft een opvallend licht en veerkrachtig gangwerk,
dat zijn vrolijke karakter onderstreept. Beweging: goed vrij en
recht naar voren vanuit het front (schouders), de achterhand
geeft de stuwing in een rechte lijn.
Vacht:
Vachtstructuur:
De ondervacht, wollig, is weinig ontwikkeld, vaak geheel
afwezig. De bovenvacht is erg lang (12-
18 cm
bij een volwassen hond), zacht, recht of gegolfd en kan gekrulde
lokken vormen.
Elke vorm van toiletteren, de vacht met de schaar op gelijke
lengte knippen, en elke vorm van trimmen is verboden.
Uitzondering: het bijwerken van de voeten is toegestaan, haren
op het hoofd kunnen iets ingekort worden zodat ze de ogen niet
bedekken en de haren op de snuit kunnen iets ingekort worden,
maar het natuurlijk laten verdient de voorkeur.
Vachtkleur:
Zeldzaam geheel wit, beige in alle nuances (met zwarte
haarpunten toegestaan), zwart, havanabruin, tabakskleur,
roodbruin. Vlekken in deze vachtkleuren is toegestaan. Tanmarkeringen
in alle nuances toegestaan.
Verduidelijking
omtrent de bruine (chocolade) kleur: Circulaire
FCI 14/2009 + Circulaire
FCI 14/2009 annex
Hoogte:
Schofthoogte
van 23 tot
27 cm
(= "ideaal").
Toegestaan is 21 tot
29 cm
.
Fouten:
Iedere
afwijking van voorafgaande beschrijving moet als fout beschouwd
worden, die zal worden bestraft afhankelijk van de ernst.
Ernstige
fouten:
*
het geheel niet voldoen aan type.
* te stompe of te spitse snuit, waarvan de lengte niet gelijk is
aan die van de schedel
* roofvogel-ogen, te diep liggende of uitpuilende ogen,
gedeeltelijk gepigmenteerde ooglidranden.
* te lang of te kort lichaam.
* rechte staart, niet omhoog gedragen.
* Frans front (voorpoten te nauw in stand, voeten naar buiten
gedraaid.)
* misvomde achtervoeten
* harde vacht, weinig overvloedige vacht, korte vacht behalve
bij pups, getoiletteerde vacht.
Diskwalificerende
fouten:
*
agressief of schuw gedrag
* vleeskleurige neus
* boven of onder voorbeet
* entropion, ectropion, een of beide ooglidranden niet
gepigmenteerd
* maat onder of boven de aangegeven norm
Elke hond die afwijkend lichamelijk of geestelijk
gedrag vertoont dient te worden gediskwalificeerd.
NB. Reuen moeten twee normale testikels bezitten die
geheel in het scrotum zijn ingedaald.
|